Arnon Grunberg
Het Parool,
1993-02-27
1993-02-27, Het Parool

Elk woord wordt tegen u gebruikt


Maartje Somers

Er loopt in Amsterdam een rare jongen rond die alles wat hij meemaakt, meteen in boeken omzet. Arnon Grunberg is tweeentwintig, werd op zijn zestiende van het Vossiusgymnasium getrapt en vervolgens afgewezen bij de audities voor twee toneelscholen. Wel speelde hij in een jongerenproduktie van Toneelgroep Amsterdam en won een toneelschrijfwedstrijd met een stuk getiteld Koningin Frambozenrood. Hij is blijven schrijven, inmiddels op verzoek en onder de financiele vleugels van onder andere de Raad voor de Kunst, actrice Barbara Duyfjes en Toneelgroep Amsterdam.

Van Grunberg verscheen kort geleden De dagen van Leopold Mangelmann (Uitgeverij Rothschild en Bach, F 22,50), een klein, wit boekje met daarin een wat chaotische mengeling van toneel, verhaal, brief en gedicht. Wat Grunberg schrijft lijkt de directe neerslag van wat hem is overkomen, en niet alleen vanwege het gebruik van naam en toenaam. Zoals de dag dat hij zijn haar een kleurtje gaf: Maar op dat Vossius raakten ze echt helemaal in paniek. Van dat rooie haar. Toen hebben ze met z'n drieen wel een middag lang op me in staan praten. En ze dachten echt dat ik mijn haar had rood geverfd omdat mijn moeder in een kamp had gezeten.

De verschillende gedaanten van Grunbergs alter ego, dat in bijna al zijn werk opduikt, hebben drie dingen gemeen: het concentratiekampsyndroom van hun moeders dat hun te pas en te onpas in de maag wordt gesplitst, de pizzeria met achter de bar het meisje van hun dromen en de kamer waar ze hun belevenissen op papier zetten.

Aan de ouderlijke eettafel stikt Leopold Mangelmann in het rauwe vlees dat zijn moeder hem bereid heeft. Mevrouw Mangelmann: Eet nou. Ik smeek het je. Ik bid het je. Toen ik geelzucht had kreeg ik nog een extra rantsoen jam. Dat heeft me het leven gered. Eet nou. Gelukkig zijn daar de borden pasta in het Italiaanse restaurant, waar Leopold elke dag eet in de hoop het contact met zijn droomvrouw te verdiepen.

Grunbergs nieuwste toneelstuk, Rattewit, werd een paar weken geleden voorgelezen in de Republiek, het theaterlaboratorium van Toneelgroep Amsterdam, Maatschappij Discordia en Felix Meritis. Rattewit smeekt gewoonweg om een opvoering. Weer moeder en zoon, ditmaal in confrontatie met een vreemde, hetgeen de moeder de gelegenheid geeft even dodelijk als komisch te keer te gaan over de rug van haar zoon.

Het publiek in Felix Meritis kreeg overigens meteen een papieren tasje in handen geduwd met daarin de nieuwste belevenissen van de heer Grunberg, getiteld Stilte, Justine leest mij en 'gekopieerd in een oplage van 49 exemplaren'. Hierin figureren, behalve Justine, Grunbergs uitgever, de leden van Toneelgroep Amsterdam en een aantal andere bekenden. Wie Grunberg tegenkomt, hoede zich dus: elk gedachteloos losgelaten woord kan tegen hem gebruikt worden.